De Nederlandse gemeenten staan voor een nieuwe uitdaging in de huisvesting van statushouders. Door een recent besluit van het kabinet over asielverzoeken, moeten gemeenten in het tweede halfjaar van 2025 slechts 13.000 statushouders huisvesten, een significante daling ten opzichte van eerdere doelstellingen. Dit besluit heeft directe gevolgen voor de achterstand die gemeenten momenteel ervaren.
De vertraging in het proces van verblijfsvergunningen leidt ertoe dat gemeenten de afgelopen maanden minder statushouders hoefden op te vangen dan oorspronkelijk gepland. Eind maart stond de teller in de gemeente Boekel op slechts twee in plaats van de beoogde zeven statushouders. Dit betekent dat de gemeente in de resterende maanden van het jaar voor een inhaalslag staat.
Om de achterstand in te halen en de huisvesting te bespoedigen, overweegt minister Faber een eenmalige financiële stimulans voor gemeenten. De exacte hoogte van dit bedrag blijft vooralsnog onbekend. Daarnaast zet de bewindsvrouw in op doorstroomlocaties voor statushouders, met als uiteindelijk doel het afschaffen van de doelstellingen op gemeenteniveau.
De stroom statushouders richting gemeenten blijft vooralsnog onzeker. Hoewel het aantal te huisvesten statushouders is verlaagd, blijven gemeenten met een achterstand kampen en zullen naar verwachting moeite hebben om de doelstellingen te behalen. Het is een uitdaging waar gemeenten zich met vereende krachten voor zullen moeten inzetten.